- Viktor Orbán, de nationalistische premier van Hongarije, claimt een “grote overwinning” bij de algemene verkiezingen van zondag.
- Volgens oppositieleider Marki-Zay waren de verkiezingen een keuze tussen Orbán en aansluiting bij Rusland, of de oppositie en aansluiting bij het Westen.
- Orbán is een van de belangrijkste bondgenoten van Poetin in Europa, hij heeft de inval van Oekraïne wel veroordeeld, maar gaat minder ver dan zijn Europese collega’s.
- Lees ook: 4 manieren waarop de oorlog tussen Rusland en Oekraïne kan eindigen
De nationalistische Hongaarse premier Viktor Orbán claimt een “grote overwinning” bij de algemene verkiezingen van zondag. Met meer dan de helft van de stemmen geteld staat zijn partij Fidesz op 58 procent, tegen 30 procent voor een alliantie van zes oppositiepartijen. Oppositieleider Peter Marki-Zay heeft zijn verlies toegegeven.
Terwijl Orbán een juichende menigte toesprak die zijn naam scandeerde, zei hij: “We hebben een grote overwinning behaald – een overwinning die zo groot is dat je hem misschien vanaf de maan en zeker vanuit Brussel kunt zien.”
In de Hongaarse parlementsverkiezingen had de voltallige oppositie zich verenigd tegen de zittende premier Viktor Orbán. In de oppositie-coalitie Verenigd voor Hongarije zijn zes partijen vertegenwoordigd, van radicaal rechts tot linkse milieupartijen.
Orban (58) is sinds 2010 voor de tweede keer premier van Hongarije. Hij leidde het land ook tussen 1998 en 2002. Hij heeft de persvrijheid ingeperkt en de democratie naar zijn hand gezet.
Een overwinning voor Poetin
De 49-jarige Marki-Zay was door de oppositiepartijen uitgekozen als uitdager van Orbán. Hij wil het land naar eigen zeggen democratischer maken en staat voor een meer pro-Europese aanpak. Volgens hem waren de verkiezingen een keuze tussen Orbán en aansluiting bij Rusland, of de oppositie en aansluiting bij het Westen. Zondagavond gaf hij toe van Orbán te hebben verloren.
Orbán is een van de belangrijkste bondgenoten van Poetin in Europa, hij heeft de inval van Oekraïne wel veroordeeld, maar gaat minder ver dan zijn Europese collega's.
Lhbti-referendum is niet bindend
De Hongaren konden ook stemmen over nieuw lhbti-beleid, dat het openlijk uitkomen voor een andere seksualiteit dan heteroseksueel haast onmogelijk zou maken. Dit referendum is niet bindend, omdat minder dan de helft van de kiezers is komen opdagen.
Hongaren konden zondag ja of nee antwoorden op vier vragen, waaronder of ze vinden dat geslachtsveranderingen onder kinderen moeten worden "gepromoot" en of scholen workshops over seksuele geaardheid mogen houden zonder toestemming van de ouders.
Premier Viktor Orbán had de volksraadpleging uitgeschreven na internationale kritiek op een omstreden wet die kinderen moet afschermen van informatie over homoseksualiteit en geslachtsoperaties. Hoewel de opkomst laag was, lijken wel veel Hongaren Orbán te steunen. Meer dan 90 procent van de kiezers die wel kwam opdagen, stemde in lijn met het regeringsbeleid.
Orbán ziet zichzelf als een verdediger van christelijke en traditionele waarden. Hij noemde het referendum vorig jaar onderdeel van een "ideologische oorlog" met de Europese Unie.